Moet Een Stichting Belasting Betalen

Het is een veelvoorkomende vraag onder mensen die betrokken zijn bij non-profit organisaties: Moet een stichting belasting betalen? Het antwoord is complex en hangt af van verschillende factoren, waaronder de aard van de stichting, haar activiteiten en de behaalde winst. In dit artikel zullen we dieper ingaan op deze materie, de relevante belastingwetgeving uitleggen en voorbeelden geven om de theorie te verduidelijken.

Wanneer Betaalt een Stichting Belasting?

In principe zijn stichtingen niet automatisch vrijgesteld van belasting. De belastingplicht hangt af van de omvang en aard van de activiteiten. Hieronder bespreken we de belangrijkste belastingen waar een stichting mee te maken kan krijgen.

Vennootschapsbelasting

Vennootschapsbelasting (Vpb) is de belasting die bedrijven betalen over hun winst. Of een stichting Vpb moet betalen, hangt af van of de stichting als een "onderneming" wordt beschouwd. De Belastingdienst hanteert hierbij een aantal criteria:

• Deelname aan het economisch verkeer: Verricht de stichting activiteiten die concurreren met reguliere bedrijven?
• Winstoogmerk: Is het doel van de stichting primair gericht op het maken van winst? (Let op: een stichting mag winst maken, maar dit mag niet het hoofddoel zijn).
• Duurzaamheid: Zijn de activiteiten van structurele aard?

Als de stichting aan deze criteria voldoet, kan ze als een onderneming worden aangemerkt en moet ze Vpb betalen over de behaalde winst boven een bepaalde drempel. Echter, er zijn uitzonderingen en vrijstellingen, zoals de vrijstelling voor sociaal-culturele instellingen, mits aan specifieke voorwaarden wordt voldaan.

Voorbeeld: Stel, een stichting organiseert workshops tegen betaling. Als deze workshops concurreren met commerciële trainingen en de stichting genereert hier aanzienlijke winst mee, dan is de kans groot dat ze vennootschapsbelasting moet betalen. Aan de andere kant, als de stichting kleinschalige workshops aanbiedt die niet gericht zijn op winstmaximalisatie, dan is de kans op belastingplicht kleiner.

Omzetbelasting (BTW)

Omzetbelasting (BTW), ook wel bekend als Value Added Tax (VAT), is een belasting die wordt geheven over de levering van goederen en diensten. Stichtingen zijn in principe BTW-plichtig als ze economische activiteiten verrichten. Dit betekent dat ze BTW moeten berekenen over hun verkopen en deze afdragen aan de Belastingdienst. Er zijn echter een aantal uitzonderingen en vrijstellingen.

• Vrijstellingen: Bepaalde diensten zijn vrijgesteld van BTW, zoals diensten in de gezondheidszorg, het onderwijs en de jeugdzorg.
• Kleineondernemersregeling (KOR): Als de omzet van de stichting onder een bepaalde drempel blijft, kan de stichting mogelijk gebruikmaken van de KOR. Dit betekent dat ze geen BTW hoeft te berekenen en af te dragen, maar ook geen BTW kan terugvorderen.

Voorbeeld: Een stichting die een museum beheert en entreegelden vraagt, is in principe BTW-plichtig over die entreegelden. Echter, als de stichting ook educatieve programma's aanbiedt die onder de vrijstelling voor het onderwijs vallen, hoeft over die programma's geen BTW te worden berekend.

Loonbelasting

Als een stichting personeel in dienst heeft, is ze verplicht om loonbelasting en premies werknemersverzekeringen in te houden en af te dragen. Dit is dezelfde verplichting die geldt voor commerciële bedrijven. De hoogte van de loonbelasting is afhankelijk van het salaris van de werknemer en de geldende belastingtarieven.

Het is belangrijk dat de stichting een correcte loonadministratie bijhoudt en de loonbelasting tijdig aangeeft en betaalt om boetes te voorkomen.

Schenkbelasting en Erfbelasting

Schenkbelasting is van toepassing als de stichting schenkingen ontvangt. Of de stichting schenkbelasting moet betalen, hangt af van de status van de stichting. Als de stichting is aangemerkt als een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI), zijn schenkingen aan de stichting in principe vrijgesteld van schenkbelasting. Dit maakt het aantrekkelijker voor particulieren en bedrijven om aan de stichting te doneren. Hetzelfde geldt voor erfbelasting. Wanneer een stichting als ANBI is aangemerkt, is er geen erfbelasting verschuldigd over de erfenis.

ANBI status is dus een belangrijk voordeel, omdat het doneren aan de stichting fiscaal aantrekkelijk maakt. Om de ANBI-status te verkrijgen, moet de stichting voldoen aan een aantal eisen, waaronder een duidelijke doelstelling die het algemeen nut dient en een transparante organisatie.

Voorbeeld: Een stichting die zich inzet voor de bestrijding van armoede en is aangemerkt als ANBI, ontvangt een schenking van een particulier. Omdat de stichting een ANBI is, hoeft de particulier geen schenkbelasting te betalen over deze schenking.

De Rol van ANBI

De ANBI-status speelt een cruciale rol in de belastingheffing van stichtingen. Zoals eerder vermeld, genieten ANBI's van verschillende belastingvoordelen, waaronder de vrijstelling van schenkbelasting en erfbelasting. Daarnaast kunnen donateurs van ANBI's hun giften aftrekken van hun inkomstenbelasting. Om de ANBI-status te behouden, moet de stichting aan strenge eisen voldoen en transparant zijn over haar activiteiten en financiën. De stichting moet onder andere:

• Een duidelijke doelstelling hebben die het algemeen nut dient.
• Geen winstoogmerk hebben (winst mag wel worden gemaakt, maar moet volledig ten goede komen aan de doelstelling).
• Transparant zijn over haar financiën en activiteiten.
• Voldoen aan de integriteitseisen.

Real-World Voorbeelden en Data

Het is lastig om accurate data te presenteren over hoeveel belasting alle stichtingen in Nederland gezamenlijk betalen, aangezien dit sterk varieert en afhankelijk is van de individuele omstandigheden van elke stichting. Echter, we kunnen wel een algemeen beeld schetsen aan de hand van voorbeelden:

• Kleine culturele stichting: Een kleine stichting die lokale theatervoorstellingen organiseert en voornamelijk afhankelijk is van subsidies en donaties, zal waarschijnlijk geen vennootschapsbelasting betalen. De omzet is waarschijnlijk ook laag genoeg om onder de KOR te vallen, waardoor ze ook geen BTW hoeven af te dragen.
• Grote zorginstelling: Een grote zorginstelling die als stichting is georganiseerd, kan wel vennootschapsbelasting moeten betalen over eventuele winst die wordt behaald met commerciële activiteiten, zoals de verkoop van medische hulpmiddelen. Daarnaast is de zorginstelling BTW-plichtig over bepaalde diensten die niet onder de vrijstelling vallen.
• Internationale ontwikkelingsorganisatie: Een internationale ontwikkelingsorganisatie met ANBI-status zal geen schenkbelasting of erfbelasting hoeven te betalen. De stichting kan echter wel loonbelasting en premies werknemersverzekeringen moeten afdragen voor haar werknemers.

Uit onderzoek blijkt dat een aanzienlijk deel van de Nederlandse stichtingen is aangemerkt als ANBI. Dit geeft aan dat veel stichtingen zich inzetten voor het algemeen nut en daardoor profiteren van de belastingvoordelen die aan de ANBI-status verbonden zijn.

Conclusie

Of een stichting belasting moet betalen, is een complexe vraag die afhangt van een aantal factoren. Het is cruciaal om te bepalen of de stichting als een "onderneming" wordt beschouwd voor de vennootschapsbelasting, of ze BTW-plichtig is voor haar activiteiten, en of ze personeel in dienst heeft waarvoor loonbelasting moet worden afgedragen. De ANBI-status speelt een belangrijke rol bij de vrijstelling van schenkbelasting en erfbelasting.

Call to Action: Wij adviseren stichtingen om zich goed te laten informeren over hun belastingplicht. Raadpleeg een belastingadviseur of accountant om een gedegen analyse te laten maken van de specifieke situatie van de stichting. Daarnaast is het belangrijk om de website van de Belastingdienst te raadplegen voor de meest actuele informatie en regelgeving. Een proactieve benadering kan helpen om onnodige belastingheffing te voorkomen en ervoor te zorgen dat de stichting voldoet aan alle wettelijke verplichtingen.