Reanimatie Kind Ouder Dan 1 Jaar

Het moment dat je kind hulpeloos voor je ligt, niet reagerend en niet ademend, is waarschijnlijk de grootste nachtmerrie van iedere ouder. Je voelt je machteloos, bang en overweldigd. In deze situatie is het cruciaal om snel en correct te handelen. Dit artikel is geschreven om je te helpen, om je de basisprincipes van reanimatie bij een kind ouder dan 1 jaar te leren, zodat je in zo'n noodsituatie kunt reageren in plaats van alleen maar reageren. We begrijpen dat de informatie overweldigend kan lijken, maar weet dat elke handeling, hoe klein ook, een verschil kan maken.
Waarom is reanimatie bij kinderen anders dan bij volwassenen?
Hoewel de basisprincipes van reanimatie hetzelfde zijn, zijn er belangrijke verschillen bij het reanimeren van kinderen in vergelijking met volwassenen. Deze verschillen hebben te maken met de oorzaken van een hartstilstand en de anatomie van het kind.
- Oorzaken van een hartstilstand: Bij volwassenen wordt een hartstilstand vaak veroorzaakt door hartproblemen. Bij kinderen is het vaker het gevolg van ademhalingsproblemen, zoals verstikking, verdrinking, een ernstige astma-aanval of een ernstig ongeluk.
- Anatomische verschillen: De luchtwegen van een kind zijn kleiner en kwetsbaarder dan die van een volwassene. Dit betekent dat het belangrijk is om extra voorzichtig te zijn bij het openen van de luchtweg.
- Druk bij borstcompressies: De benodigde druk bij borstcompressies verschilt aanzienlijk. Bij een kind is minder kracht nodig om effectieve compressies te geven.
Daarom is het essentieel om de juiste reanimatietechnieken te kennen die specifiek zijn afgestemd op kinderen. Door deze verschillen te begrijpen, ben je beter voorbereid om effectief te handelen in een noodsituatie.
De stappen van reanimatie bij een kind ouder dan 1 jaar
Laten we de stappen van reanimatie bij een kind ouder dan 1 jaar doornemen. Het is belangrijk om deze stappen rustig en systematisch te volgen.
Stap 1: Controleer de situatie en het kind
- Veiligheid eerst: Zorg ervoor dat de omgeving veilig is voor jou en het kind. Denk aan verkeer, elektriciteit, of andere potentiële gevaren.
- Controleer de reactie: Schud het kind voorzichtig aan de schouders en vraag luid: "Gaat het?". Kijk of het kind reageert, beweegt, of geluid maakt.
Stap 2: Alarmeer de hulpdiensten (112)
Bel direct 112 of laat iemand anders bellen. Als je alleen bent, zet dan je telefoon op de luidspreker, zodat je tijdens de reanimatie instructies van de meldkamer kunt ontvangen. Geef de volgende informatie door:
- Je locatie.
- De situatie: een kind dat niet reageert en niet ademt.
- De leeftijd van het kind (ongeveer).
Stap 3: Controleer de ademhaling
- Kijk, luister en voel: Leg je oor dichtbij de mond en neus van het kind. Kijk of de borstkas op en neer gaat, luister of je ademhaling hoort, en voel of je ademhaling voelt. Doe dit maximaal 10 seconden.
- Normale ademhaling vs. happende ademhaling: Normale ademhaling is regelmatig en rustig. Happende ademhaling, ook wel gasping genoemd, is onregelmatig en niet effectief. Het lijkt alsof het kind naar lucht hapt. Gasping is géén normale ademhaling.
Let op: Als je twijfelt of de ademhaling normaal is, ga er dan van uit dat het kind niet normaal ademt en begin met reanimeren.
Stap 4: Start met borstcompressies
- Plaatsing van je handen: Plaats de hiel van één hand in het midden van de borstkas, tussen de tepels. Bij grotere kinderen kun je eventueel twee handen gebruiken, waarbij je de tweede hand bovenop de eerste plaatst en je vingers verstrengelt.
- Diepte en frequentie: Druk de borstkas ongeveer 5 cm in. Geef de compressies met een frequentie van 100-120 compressies per minuut. Dit is sneller dan je denkt! Een handige manier om het ritme aan te houden is door het nummer "Stayin' Alive" in je hoofd af te spelen.
- Laat de borstkas volledig omhoog komen: Laat de borstkas na elke compressie volledig omhoog komen, zodat het hart zich weer kan vullen met bloed.
Stap 5: Geef beademingen
- Open de luchtweg: Kantel het hoofd van het kind voorzichtig naar achteren en til de kin op. Wees extra voorzichtig bij baby's en jonge kinderen, omdat hun nek kwetsbaarder is.
- Afsluiten van de neus: Knijp de neus van het kind dicht met je vingers.
- Plaats je mond over de mond van het kind: Zorg voor een goede afsluiting.
- Geef twee beademingen: Blaas gedurende ongeveer 1 seconde lucht in de mond van het kind. Kijk of de borstkas omhoog komt. Geef de tweede beademing nadat de borstkas weer is gezakt.
Let op: Geef niet te veel lucht! Je wilt voorkomen dat de maag wordt opgeblazen. Als de borstkas niet omhoog komt, controleer dan of de luchtweg goed open is en of je een goede afsluiting hebt met je mond.
Stap 6: Herhaal compressies en beademingen
Blijf borstcompressies en beademingen afwisselen in een verhouding van 30 compressies en 2 beademingen. Blijf dit herhalen totdat de hulpdiensten arriveren of totdat het kind tekenen van leven vertoont (bijvoorbeeld ademhalen, bewegen, of hoesten).
Veelgemaakte fouten en hoe ze te vermijden
Er zijn een aantal veelgemaakte fouten bij het reanimeren van kinderen. Het is belangrijk om deze fouten te kennen, zodat je ze kunt vermijden.
- Niet durven starten: Angst en paniek kunnen ervoor zorgen dat je niet durft te starten met reanimeren. Onthoud dat elke poging beter is dan geen poging.
- Verkeerde plaatsing van de handen: Het is belangrijk om de hiel van je hand op de juiste plaats op de borstkas te plaatsen (midden van de borstkas, tussen de tepels).
- Onvoldoende diepte van de compressies: Je moet de borstkas voldoende indrukken (ongeveer 5 cm) om effectieve compressies te geven.
- Te weinig compressies per minuut: De frequentie van de compressies moet 100-120 compressies per minuut zijn.
- Te veel lucht geven bij beademingen: Geef niet te veel lucht, anders kan de maag worden opgeblazen.
- Luchtweg niet goed openen: Zorg ervoor dat de luchtweg goed open is door het hoofd voorzichtig naar achteren te kantelen en de kin op te tillen.
Door je bewust te zijn van deze fouten, kun je ze actief vermijden en de kans op een succesvolle reanimatie vergroten.
AED (Automatische Externe Defibrillator)
Een AED is een draagbaar apparaat dat een elektrische schok kan toedienen om het hart weer in een normaal ritme te brengen. AED's zijn steeds vaker beschikbaar in openbare ruimtes, zoals winkelcentra, sportverenigingen en scholen. Het gebruik van een AED kan de overlevingskans aanzienlijk vergroten.
- AED's zijn veilig te gebruiken bij kinderen: De meeste AED's hebben speciale kinderelektroden of een kindersleutel die de schoksterkte aanpast. Volg altijd de instructies van de AED.
- Zet de AED aan en volg de instructies: De AED zal je stap voor stap begeleiden. Plaats de elektroden op de borstkas van het kind, zoals aangegeven op de elektroden. De AED analyseert het hartritme en geeft aan of een schok nodig is.
- Geef geen schok als de AED dat niet adviseert: Het is belangrijk om alleen een schok te geven als de AED dat adviseert.
- Ga door met reanimeren na de schok: Na het toedienen van een schok, ga je direct verder met borstcompressies en beademingen, totdat de hulpdiensten arriveren of het kind tekenen van leven vertoont.
Belangrijk: Het is aan te raden om een reanimatiecursus te volgen, inclusief AED-training. Zo ben je beter voorbereid om een AED correct te gebruiken.
De emotionele impact
Het reanimeren van een kind is een emotioneel ingrijpende gebeurtenis. Het is normaal om je na zo'n situatie overweldigd, angstig, verdrietig of verward te voelen. Het is belangrijk om te weten dat je niet alleen bent.
Zoek steun bij:
- Familie en vrienden: Praat over wat je hebt meegemaakt.
- Professionele hulp: Overweeg om professionele hulp te zoeken bij een psycholoog of therapeut.
- Lotgenotencontact: Zoek contact met andere ouders die een soortgelijke ervaring hebben meegemaakt.
Het verwerken van een traumatische gebeurtenis kost tijd. Wees lief voor jezelf en geef jezelf de ruimte om te rouwen en te herstellen.
Waarom een reanimatiecursus volgen?
Dit artikel geeft je een overzicht van de basisprincipes van reanimatie bij een kind ouder dan 1 jaar. Echter, het is geen vervanging voor een praktijkgerichte reanimatiecursus.
Tijdens een reanimatiecursus leer je:
- De juiste technieken in de praktijk.
- Oefenen op een oefenpop.
- Omgaan met verschillende scenario's.
- AED bediening.
Door een reanimatiecursus te volgen, vergroot je je zelfvertrouwen en ben je beter voorbereid om in een noodsituatie daadkrachtig te handelen. Informeer bij het Rode Kruis, de Hartstichting, of andere erkende opleiders naar reanimatiecursussen in jouw omgeving.
We begrijpen dat het lezen over reanimatie overweldigend kan zijn. Onthoud dat zelfs de kleinste actie een verschil kan maken. Door jezelf te informeren en een cursus te volgen, ben je beter voorbereid om in een noodsituatie te handelen. Wat is de eerste stap die jij vandaag kunt zetten om je voor te bereiden op zo'n situatie?


Bekijk ook deze gerelateerde berichten:
- Overgangsbewijs 3 Naar 4 Havo
- Ethics Technology And Engineering An Introduction
- Verschil 13 En 20 Weken Echo
- Verschil Herseninfarct En Hersenbloeding En Tia
- Hoe Oud Moet Je Zijn Voor Olympische Spelen
- Ludwig Van Beethoven Symfonie Nr 9
- Edi-les Voorbeeld Groep 1 2
- Het Verhaal Van Nederland Deel 2
- On The Twelve Day Of Christmas
- Hoeveel Kilometer Is De Tour De France