Urineweginfectie En Diabetes Hypo Of Hyper

Herken je dat? Je voelt je moe, hebt vaker dorst dan normaal en het plassen gaat moeilijker dan anders. Als je diabetes hebt, kunnen dit signalen zijn van verschillende dingen. Een urineweginfectie is dan misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar het is belangrijk om het in overweging te nemen. Laten we eens kijken hoe een urineweginfectie (UWI) samenhangt met diabetes, en wat je kunt doen bij een hypo of hyper.

Waarom hebben mensen met diabetes meer kans op een urineweginfectie?

Diabetes beïnvloedt veel processen in je lichaam. Eén van de gevolgen van een te hoge bloedsuikerspiegel is dat je afweersysteem minder goed werkt. Hierdoor ben je vatbaarder voor infecties, waaronder urineweginfecties. Bacteriën, zoals *E. coli*, hebben het dan makkelijker om zich te vermenigvuldigen in je urinewegen.

Bovendien kan een hoge bloedsuikerspiegel leiden tot glucosurie, oftewel suiker in de urine. Suiker is een ideale voedingsbron voor bacteriën. Het is alsof je een buffet voor ze opent!

Daarnaast kunnen sommige diabetische complicaties, zoals zenuwschade (neuropathie), de blaasfunctie beïnvloeden. Dit kan leiden tot onvolledige blaaslediging, waardoor er urine achterblijft en bacteriën meer kans krijgen om zich te vermenigvuldigen.

Volgens onderzoek gepubliceerd in het tijdschrift "Diabetes Care", hebben vrouwen met diabetes twee tot drie keer meer kans op een urineweginfectie dan vrouwen zonder diabetes.

Symptomen van een urineweginfectie

De symptomen van een urineweginfectie kunnen variëren van mild tot ernstig. De meest voorkomende symptomen zijn:

• Pijn of een branderig gevoel bij het plassen (dysurie)
• Vaak moeten plassen (pollakisurie), ook al komt er maar weinig urine
• Sterke aandrang om te plassen (urgency)
• Bloed in de urine (hematurie)
• Pijn in de onderbuik of in de rug (flankpijn)
• Troebel ruikende urine
• Koorts en rillingen (bij een infectie van de nieren)

Het is belangrijk om te onthouden dat niet iedereen met een urineweginfectie alle symptomen ervaart. Soms zijn de symptomen milder of afwezig, vooral bij ouderen met diabetes.

Diabetes, hypo's en hyper's: Wat is het verschil?

Nu we de link tussen diabetes en urineweginfecties hebben besproken, is het essentieel om te begrijpen wat een hypoglykemie (hypo) en een hyperglykemie (hyper) zijn, en hoe ze je lichaam beïnvloeden.

Hypoglykemie (hypo)

Een hypo treedt op wanneer je bloedsuikerspiegel te laag is. Dit kan gebeuren als je:

• Te veel insuline hebt gespoten
• Een maaltijd hebt overgeslagen of te laat hebt gegeten
• Te veel hebt gesport zonder extra koolhydraten
• Alcohol hebt gedronken

Symptomen van een hypo kunnen zijn:

• Trillen
• Zweten
• Duizeligheid
• Honger
• Verwardheid
• Hartkloppingen
• Wazig zien
• In extreme gevallen: bewusteloosheid

Wat te doen bij een hypo? De 15/15 regel: Eet of drink 15 gram snelle koolhydraten (bijvoorbeeld druivensuiker, een glas frisdrank) en controleer na 15 minuten je bloedsuikerspiegel. Herhaal dit tot je bloedsuikerspiegel boven de 4 mmol/l is.

Hyperglykemie (hyper)

Een hyper treedt op wanneer je bloedsuikerspiegel te hoog is. Dit kan gebeuren als je:

• Te weinig insuline hebt gespoten
• Te veel hebt gegeten, vooral koolhydraten
• Minder actief bent geweest dan normaal
• Ziek bent
• Stress ervaart

Symptomen van een hyper kunnen zijn:

• Veel dorst
• Vaak moeten plassen
• Vermoeidheid
• Wazig zien
• Hoofdpijn
• Misselijkheid
• In extreme gevallen: braken, buikpijn en ademhalingsproblemen (diabetische ketoacidose)

Wat te doen bij een hyper? Meet je bloedsuikerspiegel en corrigeer met insuline volgens je behandelplan. Drink voldoende water om uitdroging te voorkomen. Als je je erg ziek voelt, neem dan contact op met je arts.

De wisselwerking tussen diabetes, urineweginfecties, hypo's en hyper's

Het is belangrijk om te begrijpen dat een urineweginfectie je bloedsuikerspiegel kan beïnvloeden. Tijdens een infectie maakt je lichaam stresshormonen aan, wat kan leiden tot een verhoging van je bloedsuikerspiegel (hyper). Tegelijkertijd kan een verminderde eetlust door de infectie leiden tot minder inname van koolhydraten, wat weer een hypo kan veroorzaken. Dit maakt het complexer om je bloedsuikerspiegel stabiel te houden tijdens een urineweginfectie.

Een voorbeeld: Stel je voor dat je een urineweginfectie hebt. Je voelt je niet lekker, eet minder dan normaal en bent misschien ook misselijk. Hierdoor kan je bloedsuikerspiegel dalen. Tegelijkertijd maakt je lichaam stresshormonen aan om de infectie te bestrijden, wat je bloedsuikerspiegel weer kan verhogen. Het is dus een voortdurende balans zoeken.

Wat kun je zelf doen?

Er zijn een aantal dingen die je zelf kunt doen om de kans op urineweginfecties te verkleinen en je bloedsuikerspiegel stabiel te houden:

• Goede bloedsuikerspiegelcontrole: Streef naar een stabiele bloedsuikerspiegel door je dieet, medicatie en activiteit goed op elkaar af te stemmen.
• Voldoende drinken: Drink minstens 1,5 tot 2 liter water per dag om je urinewegen schoon te spoelen.
• Goede hygiëne: Veeg na het toiletbezoek van voor naar achter af om te voorkomen dat bacteriën uit de anus in de urinewegen terechtkomen.
• Regelmatig plassen: Houd je plas niet op en plas je blaas volledig leeg.
• Vermijd suikerhoudende dranken: Kies liever voor water, thee of suikervrije dranken.
• Cranberrysupplementen: Sommige studies suggereren dat cranberry's kunnen helpen om urineweginfecties te voorkomen. Bespreek dit met je arts of apotheker.
• Controleer je voeten: Mensen met diabetes hebben een groter risico op voetproblemen, wat ook infecties kan veroorzaken. Controleer je voeten dagelijks op wondjes en blaren.
• Wees alert op symptomen: Let op de symptomen van een urineweginfectie, hypo of hyper en neem tijdig maatregelen.
• Overleg met je arts: Bespreek je zorgen met je arts. Hij of zij kan je adviseren over de beste behandeling en preventie voor jouw situatie.

Belangrijk: Bij koorts, ernstige pijn of bloed in de urine is het belangrijk om direct contact op te nemen met je arts.

Conclusie

Een urineweginfectie kan een vervelende complicatie zijn van diabetes. Door de samenhang met hypo's en hyper's is het belangrijk om extra alert te zijn op symptomen en je bloedsuikerspiegel goed in de gaten te houden. Met de juiste maatregelen kun je de kans op urineweginfecties verkleinen en je bloedsuikerspiegel stabiel houden. Onthoud dat vroegtijdige herkenning en behandeling essentieel zijn om complicaties te voorkomen. Heb je vragen of twijfels? Raadpleeg altijd je arts of diabetesverpleegkundige. Zij kunnen je de beste begeleiding en advies geven.