Did Shakespeare Write All Of His Plays

Heb je je ooit afgevraagd of William Shakespeare, de man van wie we allemaal Romeo en Julia en Hamlet kennen, echt al zijn toneelstukken heeft geschreven? Het is een vraag die al eeuwenlang rondzingt, een mysterie dat even intrigerend is als sommige van zijn eigen verhalen. Misschien heb je erover gelezen, misschien heb je erover nagedacht na het zien van een documentaire, of misschien komt het gewoon plotseling bij je op. Het idee dat iemand anders, een persoon met een betere sociale status of meer opleiding, de echte meester achter de pen zou kunnen zijn. Laten we eens dieper duiken in deze discussie, de argumenten bekijken en proberen de waarheid te achterhalen.

De Shakespeare Auteurschap Vraag: Wat is het probleem?

De zogenaamde "Shakespeare auteurschap vraag" is een al lang bestaande controverse over de daadwerkelijke schrijver van de toneelstukken en gedichten die aan William Shakespeare worden toegeschreven. Hoewel de traditionele opvatting is dat Shakespeare uit Stratford-upon-Avon de auteur was, beweren zogenaamde "anti-Stratfordians" dat er bewijs is dat suggereert dat iemand anders achter de werken zat.

Waarom deze twijfel? Er zijn een aantal belangrijke redenen. Ten eerste is er de schaarste aan documentatie over Shakespeares persoonlijke leven. We hebben weinig concrete details over zijn opleiding, zijn persoonlijke relaties of zijn literaire carrière, afgezien van zijn toneelstukken en zakelijke transacties. Dit gebrek aan informatie contrasteert sterk met de immense literaire output en diepgang van de werken zelf.

Ten tweede is er de kloof tussen Shakespeares achtergrond en de kennis die in zijn toneelstukken wordt getoond. De toneelstukken tonen een opmerkelijke bekendheid met de aristocratie, de politiek, de klassieke literatuur en verschillende vreemde talen. Anti-Stratfordians beweren dat het onwaarschijnlijk is dat een man van Shakespeares bescheiden afkomst, zonder universitair diploma, toegang zou hebben gehad tot deze kennis.

Ten derde speelt politiek en sociale status een belangrijke rol. Tijdens Shakespeares leven was er een sterke sociale hiërarchie. Het schrijven van toneelstukken werd niet altijd als een respectabele bezigheid beschouwd voor mensen van hoge komaf. Het is mogelijk dat een aristocraat zijn ware identiteit wilde verbergen, en Shakespeare als een soort frontman gebruikte.

Argumenten voor Shakespeare als de auteur

Laten we eerst de argumenten bekijken die Shakespeare ondersteunen als de ware auteur. De belangrijkste reden om Shakespeare toe te schrijven aan de werken is simpelweg het bewijs dat we hebben uit die tijd. Documenten, zoals aktes, testamenten en verwijzingen in publicaties, tonen aan dat een man genaamd William Shakespeare in de theaterwereld actief was als toneelschrijver, acteur en mede-eigenaar van het Globe Theatre. Zijn naam is verbonden aan de publicatie van de toneelstukken en gedichten.

Daarnaast zijn er tijdgenoten die Shakespeare als toneelschrijver erkenden. Schrijvers als Ben Jonson en Francis Meres prezen zijn werk in hun eigen publicaties. Deze getuigenissen zijn belangrijk omdat ze afkomstig zijn van mensen die in dezelfde literaire kringen verkeerden als Shakespeare.

Verder is er de kwestie van de literaire stijl. Hoewel het moeilijk is om literatuur subjectief te beoordelen, zijn er wetenschappers die beweren dat de toneelstukken en gedichten van Shakespeare een consistente literaire stijl vertonen. Taalpatronen, woordkeuze en thema's lijken met elkaar overeen te stemmen en wijzen op één auteur.

De argumenten voor Shakespeare als de auteur zijn gebaseerd op historisch bewijs, getuigenissen van tijdgenoten en literaire analyse. Hoewel er zeker hiaten in onze kennis zijn, is dit bewijs overtuigend voor de meeste Shakespeare-geleerden.

Argumenten tegen Shakespeare als de auteur

Nu, de anti-Stratfordians, die geloven dat iemand anders Shakespeare's toneelstukken heeft geschreven. Hun argumenten draaien om een paar kernpunten.

Een van de belangrijkste punten is het gebrek aan bewijs van Shakespeares opleiding en literaire achtergrond. Er zijn geen documenten die aantonen dat Shakespeare ooit een universiteit heeft bezocht of een diepgaande opleiding heeft genoten. Anti-Stratfordians beweren dat de rijkdom aan kennis in de toneelstukken onmogelijk afkomstig kan zijn van iemand met zo'n bescheiden achtergrond. De kennis van klassieke literatuur, wetgeving, internationale politiek en vreemde talen zou alleen verkregen kunnen zijn door iemand met een elite opleiding.

Een ander argument is dat er weinig persoonlijke documenten van Shakespeare zijn. Er zijn geen brieven, dagboeken of aantekeningen in zijn handschrift bewaard gebleven die de literaire persoonlijkheid achter de toneelstukken onthullen. Dit gebrek aan persoonlijk bewijs wordt als verdacht beschouwd, vooral gezien de immense populariteit van zijn werk.

Sommige anti-Stratfordians suggereren dat Shakespeare een dekmantel was voor een anonieme aristocraat. Kandidaten zoals Francis Bacon, Edward de Vere (Graaf van Oxford) en Christopher Marlowe worden vaak genoemd. Het idee is dat deze mensen om politieke of sociale redenen hun ware identiteit als toneelschrijver verborgen wilden houden.

De argumenten tegen Shakespeare als de auteur zijn gebaseerd op gebrek aan bewijs, verdachte omstandigheden en alternatieve kandidaten. Hoewel deze argumenten intrigerend zijn, hebben ze nog steeds geen definitief bewijs geleverd om de traditionele opvatting te ontkrachten.

Enkele belangrijke kandidaten

Laten we eens kijken naar enkele personen die vaak genoemd worden als mogelijke auteurs in plaats van Shakespeare:

• Francis Bacon: Een filosoof, wetenschapper en staatsman. Sommigen beweren dat Bacon de intellectuele capaciteiten had om de toneelstukken te schrijven. Er is echter geen direct bewijs dat Bacon in het geheim toneelstukken schreef.
• Edward de Vere, graaf van Oxford: Hij was een aristocraat, dichter en toneelstukken beschermheer. Hij had de juiste sociale achtergrond en opleiding, maar er is ook geen hard bewijs dat hij de toneelstukken heeft geschreven.
• Christopher Marlowe: Een andere toneelschrijver wiens carrière abrupt eindigde toen hij jong stierf. Sommigen beweren dat hij zijn dood in scène zette en in het geheim doorging met schrijven onder de naam Shakespeare.

Het is belangrijk om te onthouden dat al deze kandidaten speculatief zijn. Er is geen overtuigend bewijs dat een van hen de toneelstukken daadwerkelijk heeft geschreven. De discussie over het auteurschap van Shakespeare draait vaak meer om het in twijfel trekken van Shakespeare's rol dan om het definitief toewijzen van de werken aan iemand anders.

Wat kunnen we concluderen?

Dus, wie heeft de toneelstukken van Shakespeare geschreven? De overweldigende meerderheid van de Shakespeare-geleerden blijft geloven dat William Shakespeare uit Stratford-upon-Avon de auteur was. Ze baseren hun conclusie op het historische bewijs, de getuigenissen van tijdgenoten en de literaire analyse van de werken.

De auteurschapskwestie blijft echter een open vraag. Het gebrek aan concrete details over Shakespeares leven en de complexiteit van de toneelstukken blijven tot de verbeelding spreken. Hoewel de anti-Stratfordians geen sluitend bewijs hebben geleverd, hebben ze waardevolle vragen gesteld over de totstandkoming van de toneelstukken.

Uiteindelijk is het aan jou om te beslissen wat je gelooft. Of je nu gelooft in Shakespeare uit Stratford-upon-Avon of denkt dat er een ander genie achter de schermen zat, het mysterie van het auteurschap draagt bij aan de blijvende fascinatie voor Shakespeare's werk.

Wat betekent dit voor jou?

De Shakespeare auteurschap vraag kan meer dan een academische discussie zijn. Het daagt ons uit om kritisch na te denken over de bronnen van informatie, om bewijs te beoordelen en om onze eigen conclusies te trekken. Het is een herinnering dat de geschiedenis complex is en dat er vaak meer is dan één perspectief op een gebeurtenis.

Dus, de volgende keer dat je een toneelstuk van Shakespeare ziet, denk er dan eens over na. Over de personages, de thema's, de taal. En bedenk dan: wie schreef dit allemaal? Het is een vraag die je nog lang bezig zal houden, net als de toneelstukken zelf.